Ik ben 16 juni 1940 in Ede geboren. Mijn vader, actief in het verzet, wordt in 1941 gefusilleerd door de Duitsers. Ik groei op met mijn stiefvader die me (later) veel inspiratie oplevert. Ik doorloop de kweekschool -PABO- en studeer Nederlands MO in Amsterdam. Daarna werk ik zeven jaar lang als leraar op het Wagenings Lyceum. In 1975 neem ik ontslag als leraar en begin mijn carrière als tekstschrijver en cabaretier. In de jaren daarna schrijf ik teksten voor onder anderen Herman van Veen, Joost Prinsen, Jenny Arean, Adèle Bloemendaal en voor de cabaretgroep Don Quishocking. In de jaren zeventig schrijf ik samen met Willem Wilmink ook diverse radio- en televisieprogramma's als Wij en de Wereld, de Panorama Woensdagshow, Stratemaker-op-zeeshow en J.J. de Bom. Vanaf begin jaren tachtig schrijf ik ook vele teksten voor het programma Het Klokhuis, waarvoor ik ook de vieze kok Alberdinck Thijm creëer. Op de radio maak ik in de jaren negentig de nonsens nieuwsberichten voor de VPRO (D.P.A) Dorrestijn Pers Agentschap. Voor de VARA maak en presenteer ik de televisietalkshow Positief Genieten met Dorrestijn. Veel later ben ik één van de cursusleiders in het televisieprogramma Mannen voor Vrouwen (2001) van de RVU. |
In de loop van de jaren bouw ik een omvangrijk oeuvre op. Er verschijnen meer dan vijfendertig boeken, waaronder mijn debuut met cabaretliedjes in 1973 Als de balken gaan verzakken, speciaal voor kinderen: Je bent een liegbeest in 1975 en in 2010 Dorrestijns Natuurgids. Ik vertaal diverse gedichten van Shell Silverstein en de avonturen van Sherlock Holmes van Sir Arthur Conan Doyle. Ik schrijf meer dan vijftien theaterprogramma's, onder meer Bofkont in 1973 tot Het buigen in 2011. Ik maak een aantal programma's samen met anderen, te weten Levi Weemoedt Circus Horlepiep (1985), Frans Ehlhart Onvervuld Verlangen - Dorrestijn viert oud en nieuw (1998) en recentelijk Martin van Dijk Cirkels (2000), Het naakte bestaan (2002) en Ruïnes (2006). Ik speel ook diverse soloprogramma's: Pretpark (1991) en Na Regen komt Dorrestijn (1993). Sinds dit laatst genoemde programma draagt de Nederlandse pers me op handen. In 1993 speelt men mijn toneelstuk Noodweer. In december 2008 neem ik afscheid van de grote zalen in theater Carré. In november 2009 speel ik mee in de voorstelling Nog Lang Niet jarig van het Willem Breuker Kollektief. Ik schrijf tevens een aantal teksten voor dat programma. Vanaf januari 2011 start ik mijn cabaretvoorstelling Het buigen in kleine en middelgrote zalen. In 2003 ontvang ik een Gouden Harp voor mijn gehele oeuvre. Ik reageer: 'Ik ben dik tevreden. Het had ook wel wat minder gemogen. Met een koperen harp was ik ook heel blij geweest'. |
naar boven terug |